Tweekoppig monster

Wilma van Galen

Soms ervaar ik de wereld als een voortkabbelende stroom waaruit niets komt dat mijn brein -al is het maar voor een moment-, in vuur en vlam zet. Cliënten zorgen voor beweging en boeken kunnen mij wakker schudden maar daarnaast gaapt soms een groot niets van herhaling en oppervlakkigheid.

In die zee duikt soms iets op wat mijn aandacht trekt maar ik wil daar nog wel eens de enige in zijn waardoor mijn verbazing neerklettert en toch geen rimpel achterlaat.

Zuchtje wind

Wat is hoogbegaafdheid? De theorie staat in ‘Wat is hoogbegaafdheid’, in verschillende andere stukken ‘raak ik het aan’ en in de levensverhalen/interviews laten een aantal slimmeriken iets van hun belevingswereld zien.
En toch bekruipt mij het gevoel dat al die woorden alleen maar als een zuchtje wind de realiteit benaderen.
Woorden vervormen de realiteit. Logisch maar toch………….. .

Grote klont

Onlangs had ik zo’n week waarin de herhaling en oppervlakkigheid zich samenbalde als één grote klont van verveling en eenzaamheid. Zodra de deur achter mijn cliënten sloot en ik alle beelden in mijn hoofd en hart een plek had gegeven kwam de tweeling gretig aandraven.
Genoeg te doen; genoeg om mijn tijd te vullen maar dat knagende tweekoppige monstertje zorgde nou niet bepaald voor een glimlach.
‘Slim zijn is leuk, mits je slim doet’ maar dat voorkomt niet dat er af en toe dagen zijn waarin ik het gevoel heb dat ik mij in een stroom bevind waarin ik geen enkele armslag hoef te maken om mee te kunnen stromen.

Verbinding, intimiteit en zingeving

In die week waren een aantal momenten waarop ik van binnen opveerde. Een tweet van een filosoof die na bleef gonzen, een mail met een sprankel en een blog van een vrouw die duidelijk het knagende tweekopppige monstertje ook achter haar voordeur heeft liggen.
De vraag: ‘waarom drinkt u als u naar een feestje gaat’ en het antwoord ‘omdat ik mij anders verveel’ bleef net als haar droge commentaar ‘ze dacht dat ik een grapje maakte’ rondcirkelen in mijn brein. Veel mensen zullen denken dat deze dame naar de verkeerde feestjes gaat maar het lullige is dat het niet ligt aan het feestje of aan de mensen op het feestje maar aan het verschil in intellect.
Iets wat je niet van de daken af moet schreeuwen want voordat je het weet sta je op iemands teen. Zelfs binnen een groep hoogbegaafden moet je hiervoor waken en dat terwijl er toch echt een verschil is tussen iemand die (al dan niet) volgens een test net aan hoogbegaafd is en iemand wiens IQ extreem hoog is. Jammer want wel of niet slim zijn, slim of superslim zijn is totaal niet relevant maar werkelijk contact hebben met jezelf én met een ander wel.
De roep om ‘anders en meer’ is niet bedoeld om een ander te kwetsen maar veel meer een uiting van de behoefte aan werkelijk contact met jezelf en ‘de ander’. Aan verbinding, intimiteit en zingeving.

Leegte en gemis

Het tweekoppige monster ‘verveling en eenzaamheid’ geeft een gevoel van leegte; van gemis. Dat monster speelt in ieders leven aangezien we in basis alleen zijn; op ons zelf staan, maar in het leven van een slimmerik lijkt hij vaker de kop op te steken.
Wanneer je de helft van wat je denkt en voelt binnen moet houden omdat het anders te veel en/of te ingewikkeld wordt, ontstaat er geen gevoel van verbinding. Als communicatie blijft steken op een niveau en tempo die je dikke ogen en een geeuwend brein bezorgd dan zijn allerlei sociale contacten eerder vermoeiend dan energie opwekkend.
Wanneer je goed hebt geleerd om je aan te passen en je fiks aan het onderpresteren bent is de verbinding met jezelf, broos.
In ‘Zeven tips om met eenzaamheid om te gaan’ schrijf ik dat eenzaamheid een signaal is van onbalans in het contact met jezelf en/of met anderen. Tevens geef ik tips.
‘Slim zijn is leuk, mits je slim doet’, is niet voor niets mijn slogan. Maar toch, ook al kan ik goed met het tweekoppig monster overweg; het blijft een monster die soms mijn uitzicht belemmert.

Wilma van Galen

2 gedachten aan “Tweekoppig monster”

  1. Wat ontzettend herkenbaar! Ik heb weliswaar het geluk in een organisatie te werken met veel hoogopgeleide (en een aantal hoogbegaafde) mensen en ik ben getrouwd met een hoogintelligente man en heb een hoogbegaafde zoon (met wie ik allebei heel goed verbonden heb en heerlijk vrij kan communiceren), maar in andere gezelschappen is het vaak klunen. Vooral op feestjes en verjaardagen; het gaat nergens over, ik voel me een buitenstaander en ik kom altijd uitgeteld thuis.
    Sinds ik van mezelf weet dat ik hoogbegaafd ben (vlak voordat mijn zoon werd geboren, 9 jaar geleden) en ik mezelf beter begrijp, is het gevoel van eenzaamheid gelukkig wel afgenomen. Als je niet weet waar een gevoel vandaan komt, kun je er ook niets aan doen om het te veranderen. Nu kan ik bewust iets doen of laten of mensen opzoeken of mijden, waardoor je je een stuk prettiger voelt.
    Met mijn zoon heb ik de afspraak dat als een van ons het zat is (in een gezelschap), we er samen even tussenuit knijpen om te wandelen en te kletsen. Dat is fijn en het geeft je energie om het weer even vol te houden.
    Misschien is dit ook een tip voor anderen?

    1. Ik denk dat je zeker als slimmerik ‘moet’ luisteren naar je gevoel. Die meetlat van hoe het hoort et cetera aan de kant schuiven om het leuk te houden. Onderzoeken wat wel en wat niet werkt……….. Mede omdat je zelf die meetlat door socialisatie net zo goed met je meesleept. Je tip zal al in mijn systeem; onbewust pas ik ‘m al mijn hele leven toe.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *