Huiskamer-avond voor hoogbegaafde volwassenen in Amsterdam, 4 april

Op donderdagavond 4 april is er weer een Huiskamer voor hoogbegaafde volwassenen in de Pijp in Amsterdam. 

De Huiskamer is er voor ontmoeting, informatie en gezelligheid. Ook voor volwassenen die twijfelen of ze hoogbegaafd zijn, het net-niet zijn of een hoogbegaafde naaste hebben. Er staat een leestafel met boeken en knipsels over hoogbegaafdheid. Er zijn kranten, tijdschriften en gezelschapsspellen.
Voor zover mijn gastvrouw-rol het toestaat, ben ik beschikbaar als vraagbaak en coach.
Kosten € 10,- inclusief consumpties. Interesse? Stuur een bericht naar greet[at]kantlijn.net of via sms naar 06 3014 9351 en ik stuur je het adres.
Spontaan binnenlopen kan, maar het gaat alleen door als er minstens 5 aanmeldingen zijn. Of het doorgaat, staat uiterlijk de dag tevoren op mijn website onder Actueel.

Greet van den Berg
KANTLIJN – Postbus 76254 – 1070 EG Amsterdam – 06 3014 9351 – www.kantlijn.net

Huiskamer voor hoogbegaafde volwassenen in Amsterdam, 17 april

Op woensdagmiddag 17 april is er weer een Huiskamer voor hoogbegaafde volwassenen in het Centrum van Amsterdam.
De Huiskamer is er voor ontmoeting, informatie en gezelligheid. Ook voor volwassenen die twijfelen of ze hoogbegaafd zijn, het net-niet zijn of een hoogbegaafde naaste hebben.
Er staat een leestafel met boeken en knipsels over hoogbegaafdheid. Er zijn kranten, tijdschriften en gezelschapsspellen. Bij goed weer is ook de gemeenschappelijke tuin toegankelijk.
Voor zover mijn gastvrouw-rol het toestaat, ben ik beschikbaar als vraagbaak en coach.
Toegangsprijs € 10,- inclusief consumpties.
Interesse? Stuur een bericht naar greet[at]kantlijn.net of via sms naar 06 3014 9351 en ik stuur je het adres.
Spontaan binnenlopen kan, maar het gaat alleen door als er minstens 5 aanmeldingen zijn. Of het doorgaat, staat uiterlijk een dag tevoren op mijn website onder Actueel.

Greet van den Berg
KANTLIJN – Postbus 76254 – 1070 EG Amsterdam – 06 3014 9351 – www.kantlijn.net

Tweekoppig monster

Wilma van Galen

Soms ervaar ik de wereld als een voortkabbelende stroom waaruit niets komt dat mijn brein -al is het maar voor een moment-, in vuur en vlam zet. Cliënten zorgen voor beweging en boeken kunnen mij wakker schudden maar daarnaast gaapt soms een groot niets van herhaling en oppervlakkigheid.

In die zee duikt soms iets op wat mijn aandacht trekt maar ik wil daar nog wel eens de enige in zijn waardoor mijn verbazing neerklettert en toch geen rimpel achterlaat.

Zuchtje wind

Wat is hoogbegaafdheid? De theorie staat in ‘Wat is hoogbegaafdheid’, in verschillende andere stukken ‘raak ik het aan’ en in de levensverhalen/interviews laten een aantal slimmeriken iets van hun belevingswereld zien.
En toch bekruipt mij het gevoel dat al die woorden alleen maar als een zuchtje wind de realiteit benaderen.
Woorden vervormen de realiteit. Logisch maar toch………….. .

Grote klont

Onlangs had ik zo’n week waarin de herhaling en oppervlakkigheid zich samenbalde als één grote klont van verveling en eenzaamheid. Zodra de deur achter mijn cliënten sloot en ik alle beelden in mijn hoofd en hart een plek had gegeven kwam de tweeling gretig aandraven.
Genoeg te doen; genoeg om mijn tijd te vullen maar dat knagende tweekoppige monstertje zorgde nou niet bepaald voor een glimlach.
‘Slim zijn is leuk, mits je slim doet’ maar dat voorkomt niet dat er af en toe dagen zijn waarin ik het gevoel heb dat ik mij in een stroom bevind waarin ik geen enkele armslag hoef te maken om mee te kunnen stromen.

Verbinding, intimiteit en zingeving

In die week waren een aantal momenten waarop ik van binnen opveerde. Een tweet van een filosoof die na bleef gonzen, een mail met een sprankel en een blog van een vrouw die duidelijk het knagende tweekopppige monstertje ook achter haar voordeur heeft liggen.
De vraag: ‘waarom drinkt u als u naar een feestje gaat’ en het antwoord ‘omdat ik mij anders verveel’ bleef net als haar droge commentaar ‘ze dacht dat ik een grapje maakte’ rondcirkelen in mijn brein. Veel mensen zullen denken dat deze dame naar de verkeerde feestjes gaat maar het lullige is dat het niet ligt aan het feestje of aan de mensen op het feestje maar aan het verschil in intellect.
Iets wat je niet van de daken af moet schreeuwen want voordat je het weet sta je op iemands teen. Zelfs binnen een groep hoogbegaafden moet je hiervoor waken en dat terwijl er toch echt een verschil is tussen iemand die (al dan niet) volgens een test net aan hoogbegaafd is en iemand wiens IQ extreem hoog is. Jammer want wel of niet slim zijn, slim of superslim zijn is totaal niet relevant maar werkelijk contact hebben met jezelf én met een ander wel.
De roep om ‘anders en meer’ is niet bedoeld om een ander te kwetsen maar veel meer een uiting van de behoefte aan werkelijk contact met jezelf en ‘de ander’. Aan verbinding, intimiteit en zingeving.

Leegte en gemis

Het tweekoppige monster ‘verveling en eenzaamheid’ geeft een gevoel van leegte; van gemis. Dat monster speelt in ieders leven aangezien we in basis alleen zijn; op ons zelf staan, maar in het leven van een slimmerik lijkt hij vaker de kop op te steken.
Wanneer je de helft van wat je denkt en voelt binnen moet houden omdat het anders te veel en/of te ingewikkeld wordt, ontstaat er geen gevoel van verbinding. Als communicatie blijft steken op een niveau en tempo die je dikke ogen en een geeuwend brein bezorgd dan zijn allerlei sociale contacten eerder vermoeiend dan energie opwekkend.
Wanneer je goed hebt geleerd om je aan te passen en je fiks aan het onderpresteren bent is de verbinding met jezelf, broos.
In ‘Zeven tips om met eenzaamheid om te gaan’ schrijf ik dat eenzaamheid een signaal is van onbalans in het contact met jezelf en/of met anderen. Tevens geef ik tips.
‘Slim zijn is leuk, mits je slim doet’, is niet voor niets mijn slogan. Maar toch, ook al kan ik goed met het tweekoppig monster overweg; het blijft een monster die soms mijn uitzicht belemmert.

Wilma van Galen

Tijd voor de Boxschool!

Tijd voor de Boxschool! eigen tempo leren en vaardigheden opdoen van 4 jaar t/m universiteit. Leeftijdsonafhankelijk onderwijs is de sleutel tot succes! www.hbboek.nl/boxschool/boxschool.html Wie helpt mee en wie kan toestemming geven voor dit project? Extra kosten zijn er niet voor het onderwijs aan deze kinderen en laten we wel zijn, de kinderen verdienen dit en de maatschappij zal er wel bij varen!

‘Weinig aandacht voor slimme scholier’
De slimme leerling dreigt een ondergeschoven kindje te worden op de basisschool. Er is veel aandacht voor de zwakke scholier, met extra lesstof en aandacht, maar het slimme kind wordt onvoldoende gestimuleerd.

Maar dat wisten we al een jaar of 15… : Bron: nu.nl

Festival van Talent, zaterdag 23-3 te Arnhem

Wil jij jouw talenten verder ontwikkelen? Wil je je verdiepen in een van jouw interesses? Ontdek je graag nieuwe talenten? Dan is het Festival van Talent dé plek voor je!

Het Festival van Talent is een dag waarop de positieve kanten van hoogbegaafdheid centraal staan. Een dag waarop iedereen inspiratie kan opdoen op de informatiemarkt, zijn of haar talenten kan benutten tijdens allerlei workshops en inloopactiviteiten en in contact kan komen met gelijkgestemden. 23 maart 2013, Arnhem.

Tip: gebruik de tags om aanbieders te selecteren op specifieke kenmerken (bijvoorbeeld ‘workshopronde 1′).

Supervisie aan hoogbegaafden

Hallo,

Ik ben bezig met mijn eindwerkstuk voor de opleiding tot supervisor.
Onderwerp: ‘supervisie aan hoogbegaafden’
In 2008 heb ik als 48 jarige zelf ontdekte dat ik hoogbegaafd ben, daarmee is veel op zn plek gevallen wat betreft hobbels in school- en werk-ervaringen.

In de korte tijd dat ik als supervisor in opleiding bezig ben heb ik nu al 2 mensen in supervisie gehad die tijdens het supervisie traject hebben ontdekt dat ze hoogbegaafd zijn…..

Ik ben benieuwd naar ervaringen van andere hoogbegaafden met supervisie. Wat maakte dat je supervisie als uitdagende leeromgeving hebt ervaren, of niet? Wat zoek je? Wat heb je gemist?

Graag hoor ik van je!

Met vriendelijke groet
Silvia Lipman
Middelburg
Email

Een regenboog in het hoofd en een geur in mijn oren.

Wilma van Galen.

Synesthesie betekent ‘samen waarnemen’. Van synesthesie is sprake als we meerdere zintuigen gebruiken om iets waar te nemen.
Er zijn synestheten die bij het horen van muziek kleuren zien; bij wie letters en/of cijfers een kleur hebben et cetera. Bij de meeste synestheten speelt kleur een rol maar er zijn ook synestheten die bij bepaalde geluiden een smaaksensatie krijgen of iets ruiken bij bepaalde beelden.
Elke synestheet ervaart op zijn/haar eigen unieke manier. Voor de schrijver Daniel Tammet zijn zowel de woensdagen als het cijfer 9 blauw, maar voor een ander heeft de woensdag en/of het cijfer 9 een andere kleur.

Bij het horen van muziek ervaren de meeste mensen meer dan alleen de muziek. Herinneringen kunnen worden opgeroepen door muziek. En als je luistert naar ‘de Moldau’ kan je beelden krijgen van een beekje en een kolkende rivier.
Het verschil met een synestheet die kleuren bij het horen van muziek ziet, is dat het voor hem/haar niet uitmaakt welke muziek er wordt waargenomen. Het ervaren van kleur staat niet in relatie tot een herinnering of een bepaalde associatie.
Onderzoek staat nog in de kinderschoenen maar wat wel met hersenscans aangetoond is, is dat de hersenen van synestheten anders reageren.
Een theorie is dat we met deze gave zijn geboren maar dat de meeste mensen deze gave kwijt raken in het 1e levensjaar. Een aantal verbindingen, die bij de meeste mensen wegvallen blijven bij een x-aantal mensen bestaan. Bij deze theorie hoort de idee dat voor baby’s, alle prikkels één groot bad zijn en dat een volwassen synestheet geleerd heeft om informatie te filteren.
Een alternatieve theorie is dat informatie lekt in de hersenen. Een signaal dat voor het gehoor is bestemd lekt terug naar visuele gebieden.
Hoewel er (nog) geen ‘synesthesie -gen’ is ontdekt lijkt het er wel op dat erfelijkheid een rol speelt.
Overigens is de manier waarop we naar zintuigen en zintuiglijke ervaringen kijken afhankelijk van de cultuur waarin wij leven.
Wij gaan er van uit dat er vijf zintuigen zijn maar ene Albert Soesman stelt bijvoorbeeld dat er 12 zintuigen zijn. Wat ook een rol speelt is dat binnen de ene cultuur veel waarde wordt gehecht aan een bepaald zintuig terwijl binnen een andere cultuur deze een veel kleinere rol speelt.
Voor wie hier meer over wil lezen is het boek ‘Reis door het rijk der zinnen’ van Ackerman een aanrader.

Synesthesie is handig bij het onthouden van allerlei zaken omdat door het gebruik van meerdere zintuigen tegelijk, er direct of veel eerder een patroon te zien is.
Daarnaast is het hoe dan ook verrijkend want de beleving wordt breder en dieper.
Het is ook geen toeval dat veel kunstenaars en creatieve geesten een vorm van synesthesie hebben.
Sommige mensen vinden het niet altijd even handig omdat kleuren bijvoorbeeld kunnen afleiden. Je wilt bijvoorbeeld iets proeven maar de kleuren zitten in de weg. Het denken gaat langzamer, vanwege de verwerking van al die zintuiglijke waarnemingen, maar daarentegen kunnen synestheten snel associëren, verbanden zien en metaforen bedenken.

Ik kan weinig in de literatuur vinden over synesthesie in relatie tot autisme (i.h.b. het Syndroom van Asperger) en hoogbegaafdheid.
Volgens Crétien van Campen is er naar zijn weten geen correlatie tussen synesthesie en hoogbegaafdheid maar vooralsnog ben ik wel zo eigenwijs om te denken: ‘is dat zo?’
Wanneer je er van uit gaat dat zowel hoogbegaafden als synestheten meer werkende verbindingen in hun hersens hebben; zowel beelddenkers als synestheten vaker linkshandig zijn dan andere mensen en beelddenkers vaker hoogbegaafd zijn lijkt mijn ‘is dat zo’ niet geheel uit mijn duim gezogen.
Snel geredeneerd en niet gehinderd door veel achtergrondkennis zou het mij niet verbazen wanneer ooit uit onderzoek blijkt dat synesthesie en beelddenken vooral voorkomt bij slimmeriken en dat het gros daarvan linkshandig is.

In het boek ‘Tussen zinnen’ van Crétien van Campen wordt uitgebreid ingegaan op synesthesie en op de website www.synesthesie.nl kan je ook informatie vinden over het onderwerp.

Wilma van Galen, www.wilmavangalen.nl

Waarom voel ik me vaak zo incompetent? Ann Van Riet.

Ann Van Riet, Althea training & coaching.

Onlangs vroeg iemand mij: “Wat is eigenlijk het moeilijkste aan je vak, en wat is het makkelijkste?”

Het moeilijkste aan mijn vak, besefte ik onmiddellijk, is iets dat eigenlijk niets met het coaching-vak op zich te maken heeft, en alles met één van mijn meest hardnekkige patronen.
Het moeilijkste is namelijk dat ik nu bijna 5 jaar als zelfstandig coach werk, en me op veel momenten nog even incompetent voel als 5 jaar geleden.
Je zou toch denken, als logisch denkend mens, dat het niet anders kan dan dat je je na 5 jaar méér competent en méér op je gemak voelt dan in het prille begin? Tja. In dit opzicht speelt er duidelijk iets in mezelf dat niét zo logisch redeneert. 😉

Het makkelijkste van mijn vak, daar moest ik iets langer over nadenken. Het makkelijkste aan mijn vak is dat het eigenlijk vanzelf gaat. Eigenlijk stel ik maar wat vragen. Ik luister, en ik denk: “goh, ik ga dit voorbeeld eens vertellen”. Ik voel , er komt een woord in me op, ik zeg het hardop. Ik check in mijn lichaam welke signalen het geeft en ik vertel een metafoor.
“Hard werken” kan je dat bezwaarlijk noemen, niet? Of toch?

Terwijl ik aan het praten was, viel ook mijn frank: wat ik het moeilijkste vind aan mijn vak (een vermeend gevoel van incompetentie) en wat ik het makkelijkste vind (het gaat eigenlijk ‘vanzelf’) zijn de 2 kanten van dezelfde medaille.

Juist doordàt mijn vak zo bij me past, het zo natuurlijk aanvoelt, het niet voelt als ‘werken’ of ‘moeite doen’, kan ik het ook niet herkennen als een competentie!

Aanleiding dus om eens verder te onderzoeken hoe dit proces juist werkt! Hoe het komt dat we ons, hoewel we eigenlijk wel competent zijn in iets, ons toch volslagen incompetent kunnen voelen.

Factor 1: Je hebt een bepaalde competentie of kennis die aanvoelt als ‘vanzelf, ‘dat kon ik al altijd’, ‘ik moet geen moeite doen’.

Wat er eigenlijk aan de hand is, is dat je in deze competentie onbewust bekwaam bent. Je kan iets, maar je weet eigenlijk zelf niet hoé je het doet en in vele gevallen ook niet meer hoe je deze competentie geleerd hebt. Misschien ben je het leerproces vergeten, of misschien past deze competentie zo goed bij jouw talenten, dat er amper een leerproces geweest is (maar eerder een her-inneren van een competentie of kennis).

De valkuil die hierbij hoort, is dat we de competentie niet herkennen als ‘ik ben hier onbewust onbekwaam in’, maar dat we ze kaderen als ‘iedereen kan dit’, ‘het gaat vanzelf dus het is iets wat makkelijk is’, ‘ik doe geen moeite dus het is niet iets waar ik goed in ben’. En dat we denken dat we elk moment door de mand kunnen gaan vallen en eigenlijk angstig wachten op het moment waarop we ontmaskerd gaan worden als een incompetente bedrieger.

Tip 1: Telkens als je jezelf hoort zeggen ‘dat ging vanzelf, het stelt niks voor’ herkader je dit naar ‘het voelt alsof ik niets speciaals doe, maar dit is één van mijn onbewuste competenties.’

Factor 2: Je ziet vooral wat je niét kan, en niet wat je wél kan.

Oh jee, dat gesprek met die ene klant waarin ik die domme vraag stelde. En oh hemel, die nieuwe workshop waarin die ene oefening echt niet goed werkte. Ja ja, die zien we, die fouten. Maar alles wat we wél goed doen? We moeten moeite doen om dat te zien, en àls we het zien, dan zetten we factor 1 weer in: ‘ach, zo moeilijk was dat niet hoor, dat kan iedereen, dat is niet zo belangrijk, dat telt niet mee, … ‘ You get the picture!

Tip 2: Benoem voor jezelf wat je goed gedaan hebt, en merk op wat dat met je doet. Welke gevoelens en gedachten komen er? Onderzoek die gevoelens en gedachten, want ze geven je waardevolle info over de lading die hangt aan ‘zien en benoemen wat je goed kan’.

Factor 3: Je vergelijkt jezelf qua competentie met experts. Neen, niet met gewone experts, met top, experts. Neen, niet met gewone top-experts, met de aller-aller-aller-hoogste TOP-experts.

Ben ik goed in wiskunde? Vergelijk met Einstein. Ben ik goed in talen? Vergelijk met een native speaker. Ben ik een goede moeder? Vergelijk met alle experts samen die tegenstrijdige dingen zeggen waar je allemaal tegelijk aan moet kunnen voldoen.

Gevolg: in plaats van te leren van andermans competentie, zink je dieper en dieper weg in je eigen vermeende gevoel van incompetentie, waarbij je vergeet dat ook de experts fouten maken, dat je een heel beperkt beeld van hen hebt (alleen wat ze goed doen, niet hun mindere kanten) en dat ook zij een leerproces hebben doorgemaakt (en nog doormaken!).

Tip 3: Vergelijk jezelf niet met de TOP-experts, maar vergelijk je met je eigen niveau van gisteren, vorige week, een jaar geleden.

Factor 4: Je bent niet goed in het zien, voelen, opmerken van feedback. En hiermee bedoel ik heel ruim: je kan niet goed opmerken welk effect jouw daden hebben.

Vaak ligt dit aan onszelf (zie factor 2), vaak ook is het effect van gedrag niet zo duidelijk.

Neem nu mijn eigen vak: ik stel vragen, ik benoem, ik kader. Maar het is niet altijd duidelijk te zien wat het effect is. Als ik zélf een coachingsklant ben , dan voel ik heel duidelijk of er een effect is of niet. Soms direct, soms pas veel later. Soms heel rechtstreeks, soms via vele omwegen. Maar als ik aan de coach-kant zit en een proces begeleid, dan is dat vaak minder duidelijk. Wat is er veranderd, en, nog belangrijker voor iemand die worstelt met het thema competentie: wat is mijn bijdrage, en wat heeft de klant zélf gedaan?

(Ik geef toe dat ik op zo’n momenten wel eens tiekem terugverlang naar mijn vorige job. Niet naar de inhoud, maar naar de duidelijkheid: een formulier is getekend, of het is niet getekend. Een commissie geeft toestemming, of ze geeft geen toestemming. Je hebt aan een project een bijdrage geleverd, of je hebt geen bijdrage geleverd.)

Tip 4: Vraag feedback aan iemand die expert is in het geven van precisie-info. “Toen jij dat en dat zei, had dat dat-en-dat effect”. “Toen we die oefening deden, heb ik daar dat-en-dat van geleerd.” Merk op welke feedback herhaaldelijk terugkomt of welke effecten er steeds weer ontstaan als jij b ij een project betrokken bent.

Factor 5: Je neemt verantwoordelijkheid op voor iets wat niet van jou is.

Op het eerste zicht lijkt dit een hele duidelijke: als je iets probeert te doen wat je niet kàn doen omdat het niet in jouw handen ligt, dan heb je niets onder controle en kan je dus ook geen gevoel van competentie ontwikkelen.

Maar het is een heel verraderlijke! Want vaak zien we niet goed het onderscheid tussen wat we wél in handen hebben en wat niét. Zorgen dat mijn kind gelukkig wordt? Heb ik niet in handen. Haar leren hoe ze kan aangeven wat ze nodig heeft? Daar kan ik me iets bij voorstellen.
Als projectleider zorgen dat een project de deadline haalt? Heb je niet in handen. Helder zijn in je communicatie, hindernissen boven tafel brengen en grenzen aangeven? Dat is iets wat je wél kan doen.

Tip 5: Onderzoek wat je patroon is in het dragen van andermans verantwoordelijkheid. Is het iets wat je herkent in verschillende contexten van je leven?

Meer lezen?
Stephanie Tolan: Self-Knowledge, Self-Esteem and the Gifted Adult (http://www.stephanietolan.com/self-knowledge.htm)
Valerie Young, Overcome the impostor syndrome (http://www.impostorsyndrome.com)

Ann Van Riet
Althea training & coaching
www.althea-training.be